Het aantal zelfstandigen in Vlaanderen dat maximaal 29 jaar oud is, is tussen 2016 en 2021 met 29,5% toegenomen. Op vijf jaar tijd evolueerde de populatie van tieners en twintigers met een zelfstandigenactiviteit van 70.100 naar 90.800.  Bij de mannen gaat het om een procentuele toename van 34 % ( +13.800),  bij vrouwen stijgt het aantal met 23% (+6.900), zo blijkt uit cijfers van de RSVZ die UNIZO analyseerde. Dat is een zeer opvallende stijging, want het totaal aantal zelfstandigen nam in die periode toe met 17%. 

“Bij de jongste leeftijdsklasse, de  18- tot 21-jarigen, zien we een stijging van maar liefst 72 % op 5 jaar (8.853 in 2021 en 5.150 in 2016) en zelfs een verdubbeling op tien jaar (4.444 in 2011 en 8.853 in 2021). Jonge mensen vinden meer dan ooit hun weg naar het ondernemerschap. Dat is een zeer hoopgevende evolutie”, zegt UNIZO-topman Danny Van Assche. 

De instroom van jong ondernemersbloed gaat de voorbije jaren crescendo. Ook opmerkelijk is dat dankzij de jongeren de verhouding tussen mannen en vrouwen iets meer in evenwicht komt. Bij wie jonger is dan dertig, is dit 60/40. Over de ganse zelfstandigenpopulatie in Vlaanderen is dit 65/35. Er zijn wel duidelijke verschillen tussen mannen en vrouwen op vlak van de sectoren waarin ze actief zijn. 

Bij de mannelijke ondernemers jonger dan 30 jaar kwamen er in vier sectoren in totaal 7.077 zelfstandigen bij tussen 2016 en 2021. Ten opzichte van de totale groei van het aantal jonge mannelijke zelfstandigen met 13.800 maakt dat 51%. Het gaat om de bouwnijverheid, de kleinhandel, een aantal intellectuele beroepen (bijvoorbeeld IT-specialist) en de tuinbouw. Bij de vrouwelijke zelfstandigen zijn er drie sectoren verantwoordelijk voor meer dan de helft (53%) van de stijging: paramedici, kleinhandel en schoonheidszorg. 

Een deel van deze verklaring ligt bij het statuut student-zelfstandigen. Sinds 1 januari 2017 kunnen studenten die een zelfstandige activiteit uitoefenen het statuut van student-zelfstandige aanvragen. Dit statuut zit duidelijk in de lift: jaarlijks komen er zo’n 800 student-zelfstandigen bij in Vlaanderen en tussen 2017 en begin 2022 steeg hun totale aantal met 89%: van 3.541 tot 6.697 in Vlaanderen (bron: RSVZ).  Maar de stijging is niet enkel te wijten aan de invoering van dit statuut. In absolute aantallen is de totale groei van -30-jarige zelfstandigen in Vlaanderen tussen 2016 en 2021 ongeveer 7 keer de groei van het aantal student-zelfstandigen. 

Danny Van Assche:  “Het is duidelijk dat jonge mensen de laatste jaren beter hun weg vinden naar het ondernemerschap. Dat is een goed signaal.  Heel wat jongeren die vroeger voor een carrière in een traditioneel bedrijf zouden hebben gekozen, kiezen vandaag voor een startup. De drempel om te ondernemen is duidelijk lager geworden. Sinds de nieuwe vennootschapswetgeving zijn er bijvoorbeeld geen kapitaalvereisten meer om een besloten vennootschap op te richten. De lage rente van de voorbije tien jaar droeg bij tot een vlotte financiering. Daarnaast werden specifieke financieringsinstrumenten zoals de winwinlening populairder de laatste jaren." 

UNIZO pleit ervoor om ondernemerschapscompetenties meer mee te nemen in de leerstof van de derde graad.  Danny Van Assche: “We moeten deze tendens bestendigen. Basiscompetenties ondernemerschap zijn broodnodig om sterk van start te kunnen gaan met een eigen zaak. Dat maakt nu al wel deel uit van de eindtermen, maar toch merken we dat het vaak nog te weinig wordt meegenomen in de leerstof. We vragen hier dan ook extra aandacht voor. Bij jonge ondernemers wordt de basis gelegd in het secundair en hoger onderwijs. We moeten hen zo goed mogelijk ondersteunen en stimuleren. Het belang van het STEM-onderwijs mag hierbij niet onderschat worden.” 

UNIZO zet zelf ook sterk in op in jong ondernemerschap. Zo zijn er naast een uitgebreide starterswerking de projecten Plankgas en Step-up om jonge ondernemersskills te laten groeien en bestaan in diverse  provincies initiatieven om jonge ondernemers te steunen en samen te brengen.