De jobbonus is een mooie extra voor wie werkt, maar lokt geen niet-werkenden naar de arbeidsmarkt. Dat zegt UNIZO-topman Danny Van Assche in een reactie op de recente cijfers.  “We mogen ons niet miskijken op het ’succes’ van de jobbonus. Het doel is nobel, maar het schiet het doel voorbij. Het gemiddelde bonusbedrag is 235,72 euro per jaar. Dat is een extra voor wie al werkt, maar het heeft geen aanzuigeffect.” Om meer mensen aan de slag te krijgen pleit UNIZO voor maatregelen op federaal niveau: een echte fiscale hervorming die werken beloont en een sterker activeringsbeleid. 

 

Uit recente cijfers van Vlaams minister van Werk Jo Brouns en Vlaams minister van Begroting Matthias Diependaele blijkt dat van de bijna 950.000 werkende Vlamingen die recht hebben op een jobbonus, intussen ruim 553.000 een bonus ontvangen hebben. Dat is goed voor een totaalkost van 140 miljoen euro. Het gemiddelde bonusbedrag is 235,72 euro. Het maximumbedrag van 650 euro werd aan 0,2% van de mensen toegekend. 

“Deze cijfers tonen aan dat de jobbonus eigenlijk niet efficiënt is", stelt Danny Van Assche. “Gemiddeld 235 euro per jaar betekent 19,5 euro extra per maand. Dat is een leuke extra in de kerstperiode, maar zal bijzonder weinig impact hebben op de activering van niet-werkenden. De minimumlonen zijn intussen ook gestegen en er is een groeipad met verdere verhogingen in 2024 en 2026. Dit heeft voor de laagste lonen meer impact dan de jobbonus.” 

Om echt meer mensen aan het werk te krijgen, dringt UNIZO aan op een fiscale hervorming die werken beloont en een sterker activeringsbeleid met een beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd en inkomensgerelateerde sociale voordelen. Vergeleken met de andere landen uit de eurozone heeft ons land één van de laagste werkzaamheidsgraden, de hoogste vacaturegraad, de hoogste loonkost en houden werknemers netto het minst over.  

Danny Van Assche: “Onze ondernemers betalen de hoogste loonkost, en de werknemers houden er het minst van over. Aan beide kanten moet worden ingegrepen. Sleutel aan de automatische loonindexering en beperk de progressiviteit in de personenbelasting zodat wie werkt meer overhoudt. Daarvoor is er nood aan een grondige fiscale hervorming op federaal niveau. De jobbonus is géén activeringsmaatregel, maar een pleister op de wonde om onze hoge lasten op arbeid een beetje te counteren. De echte oplossing zit in een hervorming van de belastingschijven op federaal niveau.” 

UNIZO wil de progressiviteit in de personenbelasting beperken via een hervorming van de schijven. Een verbreding van de huidige 25%-schijf laat toe om de bedragen die momenteel in de schijf van 45% vallen, te belasten in de schijf van 40%. Door bijkomend de bovengrens van de 45%-schijf te verhogen van 46.440 EUR naar 60.000 EUR, komen enkel bedragen boven 60.000 EUR in de schijf van 50% terecht (bedragen voor aanslagjaar 2024). 

Rekenvoorbeeld (bedragen aanslagjaar 2024):

  • Voor een persoon met een netto belastbaar inkomen van 17.500 EUR per jaar, daalt op die manier  de belastingdruk met 12,46 procentpunt (van 2.180,00 EUR naar 1.835,00 EUR).
  • Voor een persoon met een netto belastbaar inkomen van 27.500 EUR resulteert de aanpassing in een daling met 6,47 procentpunt (van 6.213,50 EUR naar 4.435,50 EUR). 
  • Voor een persoon met een netto belastbaar inkomen van 35.000 EUR per jaar, daalt de belastingdruk met 6,15 procentpunt (van 9.588,50 EUR naar 7.435,50 EUR).