Volgens de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) schendt de Belgische loonnorm de internationale regels over de vrijheid van loonoverleg. In hun strijd tegen de loonwet hadden de Belgische vakbonden hierover een klacht ingediend. De krant De Tijd bericht hier vandaag over op haar website. De IAO dringt er bij de Belgische regering op aan om 'in vol overleg met de sociale partners maatregelen te nemen die verzekeren dat de sociale partners zelf kunnen beslissen over de criteria en de resultaten van de loononderhandelingen'. Het ACV communiceerde aanstonds dat dit ‘een internationale bom onder de loonnormwet legt’.

“Deze studie legt inderdaad een bom, maar onder heel ons systeem van loonoverleg”, zegt UNIZO-topman Danny Van Assche. “Ook wij zijn vragende partij voor vrije loononderhandelingen. Maar als de sociale partners vrij moeten kunnen beslissen en onderhandelen over de loonontwikkelingen in ons land, dan gaat samen met de loonnorm ook de automatische indexering op de schop. Net zoals quasi overal in Europa.”

De loonnormwet houdt de automatische loonindexering in balans. Ze moet ervoor zorgen dat de lonen in de privésector niet sneller stijgen dan in onze buurlanden. Het is de laatste strohalm waar werkgevers zich aan kunnen vasthouden om de ongebreidelde loonevolutie door de automatische indexering in ons land toch enigszins onder controle te houden. Volgens de recente studie van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) stijgen de lonen in ons land 5,7 procent sneller dan in de buurlanden. België is uniek wat deze automatische loonindexering betreft. Nergens in Europa is er nu een loonopslag van 11 procent. Daar wordt onderhandeld over de loonindexering, en bestaat dan natuurlijk ook geen loonnorm. 

Danny Van Assche: “De vakbonden juichen met het advies dat er vrij onderhandeld moet worden. Wel, wij zijn ook vragende partij.  Als de vrije onderhandelingen beperkt worden omdat er met de loonnorm een bovengrens wordt gegeven, dan moet ook de ondergrens en dus de automatische loonindexering op de schop. Op die manier krijgen we in ons land vrije onderhandelingen, zoals in quasi alle andere Europese landen.”