De hoge ontslagkosten en lange opzegtermijnen maken ons land tot één van de duurste ontslaglanden in Europa. Het is bijna onmogelijk om werknemers met een lange staat van dienst te ontslaan, zelfs wanneer dit noodzakelijk zou zijn. Volgens een onderzoek van Deloitte bevindt België zich op de tweede plaats in Europa, wat betreft ontslagkosten, enkel overtroffen door Italië. “Naast kampioen in hoge loonkosten zijn we dus ook nagenoeg kampioen in ontslagkosten en dat is zeer remmend voor een KMO-economie als de onze.”, zegt Bart Lodewyckx, gedelegeerd bestuurder van UNIZO Limburg. “Wij worden de laatste maanden vaak geconfronteerd met ondernemers die door tegenvallende resultaten of omstandigheden willen overgaan tot ontslag en dat niet kunnen omdat de vergoedingen torenhoog zijn. Bij bedienden met 25 tot 30 jaar dienst, spreken we snel over vergoedingen die makkelijk kunnen oplopen van 100.000 tot 200.000 euro en zelfs meer. Dat is doorgaans onmogelijk voor kleine en middelgrote ondernemingen waardoor ze verder in de problemen komen. Terwijl met de huidige arbeidskrapte heel wat van die werknemers vandaag elders snel terug aan de slag kunnen. Dat stelt ons ook voor een fundamentele vraag: blijven we het in deze krappe arbeidsmarkt normaal vinden dat medewerkers dergelijke hoge ontslagvergoedingen meekrijgen als ze vaak binnen enkele weken of maanden terug aan het werk kunnen?”, aldus nog Bart Lodewyckx. “Het geeft werknemers soms een ongezonde machtspositie want ze weten dat het voor de ondernemer in kwestie niet zelden onmogelijk is om dit soort bedragen te betalen. Laat het duidelijk zijn: het principe van een ontslagvergoeding stellen we helemaal niet in vraag. Het is een goede zaak dat werknemers beschermd zijn na een ontslag waardoor ze niet in de problemen komen. Maar een noodzakelijk vangnet is nog iets anders dan een spaarpot, wat de vergoeding nu vaak is. Want dan schiet de ontslagvergoeding zijn doel voorbij. Zeker als de werknemers nog een leeftijd hebben waarbij ze snel elders aan de slag kunnen”. 
 
In tegenstelling tot veel andere landen, die de afgelopen jaren versoepelingen in hun ontslagwetgeving hebben doorgevoerd, hebben we in België net het omgekeerde zien gebeuren. Dit is het gevolg van de harmonisering tussen arbeiders en bedienden in 2014. Recentelijk werd weliswaar een wet aangenomen die de opzegtermijn voor werknemers vereenvoudigt en beperkt tot maximaal 13 weken. Helaas blijft er in deze nieuwe wet weinig over van een daadwerkelijke beperking van de kosten voor werkgevers. 
 
In vergelijking met andere landen heeft België geen duidelijke bovengrens voor opzegtermijnen en ontslagvergoedingen bij ontslag door de werkgever. Zo hanteert Nederland bijvoorbeeld een nominale bovengrens en kortere opzegtermijnen, wat de flexibiliteit en mobiliteit tussen banen kan bevorderen.  UNIZO stelt daarom voor om de opzegvergoeding bij ontslag door de werkgever te beperken tot maximaal 52 weken.  Deze beperking van de opzegvergoeding biedt werkgevers meer flexibiliteit bij het nemen van personeelsbeslissingen, terwijl werknemers nog steeds een eerlijke vergoeding ontvangen bij beëindiging van hun arbeidsovereenkomst. 
 
“Deze tijdsbeperking voor ontslagvergoedingen moet voor ons bovenaan de prioriteitenlijst staan voor de nieuwe regering na de federale verkiezingen van juni 2024. Wij dringen erop aan dat de nieuwe federale regering dit topic aanpakt en de opzegtermijnen en bijbehorende kosten tot normale proporties herleidt.”, besluit Bart Lodewyckx.

Bart Lodewyckx
Gedelegeerd Bestuurder UNIZO Limburg
Patrick Buteneers
Patrick Buteneers
Belangenbehartiging: manager / adviseur