Gisteren werd in de Kamercommissie Financiën en Begroting het wetsvoorstel aangenomen dat handelaars vanaf 1 juli 2022 verplicht om enige vorm van elektronisch betalen te aanvaarden. UNIZO steunde dit in het verleden op voorwaarde dat er voldoende efficiënte en goedkope betaalmiddelen op de markt komen. Er is echter nog werk aan de winkel. Danny Van Assche, gedelegeerd bestuurder van UNIZO legt uit: "Elektronisch betalen heeft een gigantisch potentieel en zeker ook een pak voordelen. Dit potentieel kan enkel benut worden als zowel consument als handelaar hier voordelen van heeft. We zien echter dat er te weinig efficiënte en goedkope betaalvormen op de markt zijn en dat deze technologieën nog verbeterd kunnen worden." UNIZO denkt daarbij bijvoorbeeld aan het compatibel maken aan het kassasysteem of dat de klant zijn bedrag niet meer zelf moet ingeven.

Het merendeel van alle betalingen gebeurt nog steeds met de bankkaart, wat het meest vertrouwde middel is. Maar er zijn systemen zoals Payconiq by Bancontact die op een andere techniek werken en daardoor veel goedkoper zijn. Het komt er volgens UNIZO dus op aan die concurrentie te verhogen om meer van dat soort systemen in de markt te krijgen. "De kostprijs voor handelaars kan gedrukt worden omdat er meer keuze is tussen de verschillende betaalsystemen. Want hoewel we er de voorbije jaren in geslaagd zijn de kosten te verminderen en tariefformules op de markt te laten brengen die meer rekening houden met de situatie van de handelaars, blijft de kostprijs nog steeds de meest gehoorde klacht over elektronische betalingen", stelt Van Assche vast. 
 
Uit cijfers van Worldline blijkt dat het aantal elektronische betalingen elk jaar met ongeveer 10% stijgt. In 2021 steeg het zelfs met 14,5%. Op dit moment zitten we al goed boven de 2 miljard elektronische betalingen per jaar. Zeker de coronacrisis heeft de evolutie aangezwengeld: in 2019 waren bijvoorbeeld slechts 5% van alle elektronische betalingen contactloos, in 2020 was dat 13%, in 2021 was dat maar liefst 50%. Het wetsvoorstel bouwt dus voort op een evolutie die onomkeerbaar is. Belangrijk is ook dat de handelaar in het wetsvoorstel één vorm van elektronisch betalen moet aanvaarden, maar dus niet moet investeren in alle mogelijke betaalvormen om de klant steeds de mogelijkheid te geven elektronisch te betalen. Maaltijd-, eco- en andere cheques en cryptomunten tellen niet als geldig middel. Maar een handelaar die enkel Payconiq, of Apple Pay of Google Pay of gewoon de bankkaart aanvaardt, voldoet aan de nieuwe verplichting die vanaf 1 juli zal ingaan.
 
Het wetsvoorstel moet krijgt nog een tweede lezing in de Kamercommissie en zal daarna nog gestemd worden in de Plenaire Vergadering om vervolgens gepubliceerd te worden in het Staatsblad.