Met 10.4% van de Vlaams-Brabantse handelspanden die leegstaan, blijft de leegstand in Vlaams-Brabant stijgen. En dat ondanks het dalend aantal handelspanden in onze provincie: van 17.026 vijf jaar geleden naar 16.567 nu. Het handelsbeleid moet daarom inzetten op twee sporen: enerzijds het creëren van bedrijvige kernen en anderzijds de rush naar de periferie stoppen. Om dit laatste te realiseren, pleit UNIZO Vlaams-Brabant & Brussel– naar analogie met de bouwshift – voor een winkelshift.

De cijfers van Locatus liegen er niet om. 5 jaar geleden stonden er in Vlaams-Brabant 1.512 panden leeg, vandaag zijn dat er 1.716. In heel wat gevallen gaat het om een verdubbeling of zelfs verdriedubbeling. In kleine gemeenten zien we het aantal detailhandelszaken al langer slinken, maar ook grote winkelsteden ontspringen de dans niet. Hoe veel moeite steden en gemeenten ook doen om hun lokale economie te versterken, het blijkt vaak dweilen met de kraan open.

De kraan moet dicht

De stijgende leegstand in de kernen heeft verschillende oorzaken. Naast de snelgroeiende populariteit van online shoppen, is er een opmars bezig naar perifere, grootschalige baanwinkels en shoppingcentra. Een fenomeen dat hoe langer, hoe meer ook kleinere steden en gemeenten teistert. Zo werkt de komst van een grootschalige zaak buiten de kern vaak als een magneet op het winkel- en dienstenaanbod, dat eigenlijk past in en bijdraagt aan levendige centra.

Elke Tielemans vervolgt: “De situatie in heel wat steden en gemeenten is dramatisch. De opkomst van e-commerce, het vergunnen van grote, perifere winkelvloeroppervlaktes en een wijzigend consumentengedrag, hebben ervoor gezorgd dat de leegstand in Vlaams-Brabant historisch hoog is. De coronacrisis heeft dit versterkt en versneld. Steden en gemeenten moeten daarom een toekomstgericht beleid ontwikkelen en uitrollen samen met de ondernemerswereld om kernen te revitaliseren. Willen we onze steden en gemeenten aangenaam en leefbaar houden, is actie gekoppeld aan visie een must.”

Kunnen we het tij keren?

UNIZO Vlaams-Brabant & Brussel pleit niet alleen voor het grondig herdenken van het retaillandschap; maar ook voor de toepassing ervan op het terrein. In ons overbewinkeld land is er nood aan een ‘winkelshift’. Dit houdt in dat bestaande, perifere detailhandelszaken niet verder kunnen uitbreiden, hoogstens de situatie bestendigen. Maar ook het verlenen van vergunningen voor persoonsgebonden en kerngebonden assortimenten op perifere locaties wordt met de winkelshift aan banden gelegd.

Voorts is UNIZO Vlaams-Brabant & Brussel voorstander van een winkelplan per regio, waar de planning van de winkelgebieden in haar geheel wordt bekeken én beslist, zodat individuele gemeenten geen initiatieven kunnen ontwikkelen zonder rekening te houden met het bovenlokale effect en/of het effect op buurgemeenten. Dit moet er mee voor zorgen dat het een legislatuur-overschrijdend verhaal wordt.

Tot slot wil UNIZO komaf maken het ‘kernwinkelgebied’ en schuift ze een ‘kerngebied’ naar voren waar naast detailhandel ook alle kernfuncties verweven worden. Zo zorgt een mix van detailhandel, diensten, bedrijven, kantoren, administratie, scholen, cultuur, wonen… voor een bedrijvige en levendige kern.

### EINDE PERSBERICHT ###

Wens je meer informatie of ben je benieuwd naar hoe een Vlaams-Brabantse gemeente de leegstand deed dalen?
Contacteer:
Liedewij Verbiest – liedewij.verbiest@unizo.be – 0471724157