Wat is het probleem en welke groep ondernemers had er last van? 

De ministers Dermagne en Vandenbroucke stelden in de NAR een aanpassing van de CAO’s 12 bis en 13 bis voor. Deze CAO’s voorzien een toeslag boven op de arbeidsongeschiktheidsuitkering voor arbeiders en sommige bedienden tijdens ziekte. De ministers waren van mening dat deze toeslagen moesten verhoogd worden om ze in overeenstemming te brengen met de nieuwe wetgevende bepalingen.  

Wat heeft UNIZO er aan gedaan?

UNIZO stelde in de NAR vast dat volgens de huidige regeling een arbeider die is ingestapt in progressieve werkhervatting (deels werken – deels ziek) en weer ziek valt, financieel minder overhoudt dan wanneer hij louter een uitkering zou ontvangen (en dus helemaal niet aan het werk is). Dit is een drempel in het systeem die moest weggewerkt worden, maar eenzijdig de toeslagen die de werkgever betaalt verhogen (zoals de kabinetten voorstellen) was voor UNIZO absoluut geen optie. UNIZO heeft daarom samen met andere werkgeversorganisaties en de sociale secretariaten een alternatief voorstel uitgewerkt waarbij de arbeidsongeschikte arbeider financieel niet benadeeld wordt en de werkgevers niet geconfronteerd wordt met extra kosten

Wat is het uiteindelijke resultaat, op welke manier heeft die groep ondernemers daar baat bij gehad?

Het "werkgeversvoorstel" kreeg unanieme goedkeuring in de NAR en werd overhandigd aan de ministers. Dit voorstel zal uiteindelijk worden uitgevoerd, waardoor de bestaande cao's onveranderd blijven en werkgevers dus geen extra kosten moeten betalen.

Moeten er nog verdere stappen genomen worden?

Neen.