De geur van suikerspinnen, het gegiechel van kinderen en het geronk van draaimolens – voor Steve Severeyns (42) uit Hasselt is het dagelijkse kost. Al sinds 2005 trekt hij samen met zijn vrouw Debbie Dupont en hun dochter Jacey met de Snelle Rupsmolen van kermis naar kermis in ons land. Naast het werk op de kermis, vertegenwoordigt Steve als nationaal voorzitter van de Belgische Kermisvereniging de belangen van de families die leven voor en door de kermis.  

“Op de kermis is het nog zo’n beetje de traditie dat het vak van generatie op generatie gaat, maar zelf wou ik ook heel graag op de kermis staan,” vertelt Steve. Daarom nam hij in 2005 de rupsmolen van zijn ouders over. Ook zijn grootouders en overgrootouders stonden op de kermis. “Toevallig ook met een rupsmolen. Dus het zit wel een beetje in de familie, ja,” glimlacht Steve. Sinds 2016 heeft Steve ook een tweede grote attractie: de freestyle schommelattractie.  

Van alle markten thuis  

Voor Steve en zijn gezin is het kermisleven de enige bron van inkomsten. “Het is daarmee dat ik mijn carrière opbouw en dat ik mijn levensonderhoud bekostig,” vertelt hij. Een gewoon 9-to-5-bestaan? Dat kent hij niet. “Omdat je van kermis naar kermis reist, is het eigenlijk ook een beetje een soort levensstijl.”     

En voor die levensstijl moet je volgens hem “super polyvalent” zijn. “Ik ben één dag per week vrachtwagenchauffeur, want wij rijden zelf met onze attractie op de baan. Dat is dan met een grote vrachtwagen van 35 ton. Ik heb daar mijn rijbewijs en expertise voor nodig.” Eenmaal op de volgende locatie aangekomen begint het pas: de attractie moet zorgvuldig opgebouwd worden. “Daarvoor moet je expertise hebben in planning en geometrie. Want je kan moeilijk de attractie beginnen opbouwen en dan alles terug afbreken omdat je niet genoeg plaats hebt,” lacht Steve. Ook een basiskennis elektriciteit is essentieel, zegt Steve. “Kleine ongemakkelijkheden moet je zelf snel kunnen verhelpen. Altijd andere mensen inschakelen, is heel tijdrovend.” Daarnaast vraagt het vak van foorreiziger om een neus voor trends. “Zeker voor de collega’s met kinderkramen, die moeten weten welke speelgoedjes een hit zijn bij kinderen.”  

“Omdat je van kermis naar kermis reist, is het eigenlijk ook een beetje een soort levensstijl.” 

Steve Severeyns

Steve noemt zichzelf lachend ook een entertainer. “Mensen animeren, sfeer brengen aan de microfoon, licht- en rookeffecten bedienen: het hoort er allemaal bij.” Bovendien moet je ook creatief en decoratief aangelegd zijn en ook wel iets afweten van onderhoudswerken, aldus Steve. “En uiteraard komt er ook heel wat administratief werk kijken bij het uitbaten van een kermisattractie: keuringsinstanties aanschrijven, de boekhouding, de relaties met steden en gemeenten onderhouden... Dus eigenlijk zijn wij een beetje van alle markten thuis.”  

De meneer van de rups  

De kermis is veel ouder dan we vaak beseffen. “Het ontstaan ervan gaat eigenlijk al terug naar de middeleeuwen en tot op de dag van vandaag zijn er verschillende vaste data, zoals feestdagen, die nog altijd van toepassing zijn,” legt Steve uit. Zo ontstond er een kermisseizoen dat begint met de carnavalsfestiviteiten van midden of eind februari, en loopt tot midden november, met Wapenstilstand.   

Tijdens het kermisseizoen trekken Steve en zijn gezin van kermis naar kermis met hun twee grote attracties en daar kijken ze tijdens hun winterbreak altijd reikhalzend naar uit. “Als wij in winterpauze zijn, wordt er uiteraard ook gewerkt. De attracties moeten opgefrist worden en de administratie moet op orde worden gezet. Maar zodra de eerste lentezonnestraaltjes komen piepen, dan begint het gevoel te kriebelen dat de kermis terug gaat beginnen,” lacht Steve.     

Volgens Steve is het kermisseizoen wel een vermoeiende periode, met veel transportdagen en vele dagen met lange uren. “Maar dat is onze manier van leven en dat hoort erbij.” Daarnaast is het ook een leven vol ontmoetingen: “je komt telkens andere mensen tegen. Na jaren heb je ook een soort relatie en band opgebouwd met de mensen in bepaalde gemeentes. Daar kennen ze jou na enkele jaren als ‘de meneer van de rups’. Die sociale band die je dan creëert met de mensen, dat is ook iets waar we naar uitkijken.”  

Omdat de attracties altijd toezicht en onderhoud nodig hebben, overnachten Steve en zijn vrouw tijdens het seizoen vaak in een woonwagen. “Maar de meesten van ons hebben ook wel gewoon een huis met een loods of grote garage aan om de attracties te stallen en te onderhouden.”  

Steve Severeyns, foorkramer en nationaal voorzitter van de Belgische Kermisvereniging

Familietraditie    

Volgens Steve hoeven we niet te vrezen dat het aantal kermisfamilies afneemt. “Dat blijft redelijk stabiel. Wij zijn met ongeveer duizend kermisfamilies in België.” Dat komt volgens hem omdat het altijd van generatie op generatie wordt overgedragen. “De oudere generatie gaat op pensioen, maar dan zijn er kinderen en die worden volwassen. Meestal wordt het dan gewoon overgenomen. Kermis is op dat vlak een sterke familietraditie.”   

Ook bij hem was dat het geval. “Ik ben eigenlijk al actief op de kermis sinds ik van school ben gegaan in 2000.” Aanvankelijk was hij zelfstandig helper bij zijn ouders. “Toen deden zij de bedrijfsvoering nog.” Maar het begon allemaal al veel eerder voor hem. Net zoals zijn dochter Jacey stapte ook hij als tiener mee in het leven op de kermis. “Mijn dochter gaat gewoon naar school, maar tijdens de vakantieperiodes gaat zij wel eens mee naar de kermis. Dan zit ze naast mij in de vrachtwagen, helpt ze mijn echtgenote met de caravan klaar te maken of komt ze even een uurtje achter de schermen mee kijken. Zo leert ze het vak ook.”  

“Kermis is op dat vlak een sterke familietraditie.” 

Steve Severeyns

Steve vertelt dat dat bij veel kermisfamilies zo gebeurt, omdat heel veel familieleden hetzelfde werk doen. “Er worden dan afspraken gemaakt en als je later je eigen zaak wilt beginnen, kan je eventueel die van je ouders overnemen. Zij leren dan de nodige skills en je draait een paar jaar mee onder hun dak. En daarna kan je op jezelf beginnen.” De opvolging bij familie Severeyns lijkt met Jacey dus alvast verzekerd.    

Storm en erkenning: corona en UNESCO  

De coronaperiode was voor Steve en zijn gezin, net zoals voor vele kermisfamilies, een zware beproeving. “Niet puur financieel, want we hebben van verschillende overheden financiële ondersteuning gehad om niet ten onder te gaan,” vertelt hij. “Ook de tussenkomst van onze beroepsvereniging en UNIZO waren goede middelen. Iedereen heeft de handen in elkaar geslagen om drama’s te vermijden.”

Toch was het vooral psychologisch heel zwaar. De isolatie vond hij heel moeilijk. “En dan ook de vraag wanneer stopt dit?” vertelt Steve. Veel kermisfamilies vroegen zich af hoe hun kermis er na de coronaperiode zou gaan uitzien. “Achteraf bekeken zijn we er goed uitgekomen, want de mensen hebben de kermis na de coronaperiode massaal teruggevonden.”    

“De kermis is er, is er altijd geweest en zal er op die manier ook altijd blijven.” 

Steve Severeyns

Sinds 4 december 2024 is de kermiscultuur in België en Frankrijk officieel erkend door UNESCO als immaterieel cultureel erfgoed. “De bedoeling daarvan is om bij mensen een soort bewustwording te creëren van wie de mensen achter de kermis eigenlijk zijn en om foorreizigers de kans te geven om het beroep dat ze graag doen verder te zetten. Want iedereen kent de kermis en iedereen kent de botsauto’s, maar het is niet zo vanzelfsprekend dat dat er staat. De mensen achter de kramen en attracties mogen zeker niet vergeten worden. De kermis is er, is er altijd geweest en zal er op die manier ook altijd blijven.”  

Kermisattractie Bidule, de Snelle Rupsmolen

Nuttig voor jou